Ridderhofstad Den Hoet
Het kasteel heeft ooit gestaan langs de Vleutensebaan en alleen het eilandje met slotgracht is nog zichtbaar. Over het ontstaan van het huis is niet veel bekend. Het huis Den Hoet komt voor het eerst voor op een kaart uit 1556. Daarop zien we een omgracht stenen huis met voor en achter een trapgevel. Het is altijd een leen van het kasteel Ruwiel geweest.
In 1593 wordt Dirck van Westreenen met het huis beleend en in 1622 Jacob van Westreenen. Deze droeg het huis in 1671 over aan Jacob d’Espaul. Het goed is dan 26 morgen groot en er wordt gesproken van een ‘stenen camer’. De volledige beschrijving uit 1671 luidt: ‘de oude vermaerde hoffstad genaemt den Hoet met sijne leenen daeraen behoorende, met de visscherije, cingels, graften, boomgaerde, bouwhuys, brouwhuys, bergen, schuijren ende vordere appendirien, mitsgaders d’landen daer aen behoorende ende annex gelegen groot te saemen omtrent ses en twintigh morgen lands in voegen dat goet gelegen is buijten de stadt Utrecht even buijten de stadsvrijheijt onder desen gerechte van vleuten ende waer van de steene camer met acht morgen lands daer annex sijn leenroerich aen den huijse Ruwiel’.
In een acte uit 1741 wordt gesproken over een hofstede, huis, hooibergen en een schuur, boomgaard en bouwland.
Den Hoet is tegenwoordig een dwarshuisboerderij, waarvan het grootste gedeelte werd gebouwd in 1917.
In 1991 werd er een kleine opgraving uitgevoerd naast een schuur van de boerderij. Er werden muurresten gevonden bestaande deels uit middeleeuws metselwerk opgebouwd met kloostermoppen en deels uit de 17e en 18e eeuw. In de aangebrachte sleuven werden glas- en aardewerkscherven aangetroffen, die ook uit de 17e een 18e eeuw dateren. De glasscherven waren afkomstig van donkere, dikke flessen. Op de plaats van de schuur werd een deel van de fundering van een rechthoekig gebouw van 13 bij 7 meter. Zelfs de plaats van de ingang kon worden vastgesteld, waarnaast een zwaar vierkant metselwerk werd aangetroffen. Hier heeft zich mogelijk een waterput of bakoven bevonden. Op het eilandje, dat zich ten oosten van de boerderij bevindt, werd alleen wat puin aangetroffen. In de grachten rondom dit eiland werden muurbrokken bestaande uit kloostermoppen aangetroffen.
De toegang tot de boerderij wordt afgeschermd door een monumentaal 18e-eeuws, tweevleugelig smeedijzeren hek, dat een Rijksmonument is.
Nu is er alleen nog een eiland over met een doorsnee van 20 m. Daarnaast staat de boerderij. Op het eiland lopen vaak ganzen en ponies.
Bewoners
1593 Dirck van Westreenen
1622 – 1671 Jacob van Westreenen
1671 Jacob d’Espaul
familie Bosch
Gegevens
Het eiland en de boerderij zijn niet toegankelijk.
Adres: Dirck Hoetweg 1-3, Utrecht.
Bronnen
Tekst: Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, onder redactie van B. Olde Meierink, Utrecht, Uitgeverij Matrijs, 1995
Archeologische Kroniek van de Provincie Utrecht, 1990-1991, blz. 96
Afb. 1: Vleuten-De Meern. Geschiedenis en historische bebouwing.
Monumenten-inventarisatie provincie Utrecht
Foto 1 en 2: uit eigen collectie
Foto 3: Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, 1995